WISa15
Bieden van
CONTEXT
Dit leerplandoel is heel abstract voor de leerlingen. Ze snappen meestal niet wat het nut is van de GGD en KGV. Waarom is dit nuttig? Als ze zich al de vraag stellen waarom dit nuttig is, wil dit ook zeggen dat ze geen context vinden waaraan ze dit kunnen linken.
Het is dus belangrijk om de leerlingen aan te tonen waarom dit onderdeel zo belangrijk is.
​
BESCHIKBAAR MATERIAAL:
Instap: Verjaardagsfeestje
Stel de leerlingen de volgende vraag:
​
Ik heb hier 42 gummybeertjes en 24 kersensnoepjes.
Wat is het maximum aantal
leerlingen die een mix van deze snoepjes kunnen krijgen, wanneer elke leerling evenveel gummybeertjes en ook evenveel kersensnoepjes moet krijgen?
​
Opmerking:
Dit is een moeilijke vraag! Breng de snoepjes mee en leg deze midden op tafel. ​Ga in gesprek met deze leerlingen en zoek dit probleem samen uit. Het is niet de bedoeling dat dit een oefening op het bord wordt.
Verbanden : Maak de link
met andere theorie.
Benadruk bij de leerlingen en toon in een uitgewerkt voorbeeld de link met de andere noodzakelijke theorie. Anders blijft dit onderwerp heel erg oppervlakkig en abstract.
-
Breuken gelijknamig maken.
-
Breuken vereenvoudigen.
Sjabloon : uitgewerkt voorbeeld.
Hierdoor krijgen de leerlingen snel de context waarin deze theorie wordt toegepast.
​
Download:
Sjabloon uitgewerkt voorbeeld.
Uitlokken van
INTERACTIE
Interactie zorgt er in dit geval voor dat de leerlingen leren om luidop na te denken. Ze moeten verwoorden hoe ze iets beredeneren. Op zich lijkt dit heel gemakkelijk, maar ook dit is iets wat je moet leren.​
​
BESCHIKBAAR MATERIAAL:
Instap : Aanpak probleem
Verjaardagsfeestje. Stel vragen aan de leerlingen om na te gaan of ze de vraag snappen. Wanneer leerlingen een idee hebben, laat hen dit dan uitvoeren met de snoepjes.
​
Vraag de leerling om:
-
Uit te leggen wat ze doen.
-
Uit te leggen hoe ze aan deze oplossing komen.
​
Stel vragen aan de andere leerlingen:
-
Ben je hiermee akkoord? Waarom?
-
Hoezo niet?
-
Wat doet leerling x nu?
-
Hoe komt leerling x hieraan?
Puzzelen : Uitgewerkt voorbeeld
Knip de verschillende stappen die je onderneemt uit om tot de grootste gemeen-schappelijke deler of kleinste gemeenschappelijk veelvoud te komen.
​
Laat de leerlingen per twee de stappen in de juiste volgorde leggen.
​
Zo moeten de twee leerlingen overleggen.
​
Zorg ervoor dat je het hen niet te gemakkelijk maakt.
Lijst: Passende actieve werkvormen
-
Placemat
-
Denken-delen-uitwisselen
-
Aan het bord
-
Tutor-pupil
​
Zorg dat je deze werkvormen goed begeleidt zodat de leerlingen effectief iets van elkaar leren.
​
Download:
Informatie bij de actieve werkvormen die je kan toepassen tijdens de oefenmomenten in oplossen van oefeningen.
Voorzien van
TAALSTEUN
Bij dit leerplandoel zijn er niet zoveel nieuwe begrippen. Deze blijven eerder beperkt. ​Toch komt er woordenschat bij te kijken die in eerdere leerplandoelen terugkomen.
​
BESCHIKBAAR MATERIAAL:
Sjabloon : Woordfiguren.
Stel samen met de leerlingen een woordfiguur op. ​Het is een gemakkelijke manier om meerdere betekenissen aan een woord te koppelen.
​
​Voorbeeld:
Sjabloon woorddriehoek.
Algemeen: Stappenplan grootste gemeenschappelijke deler en kleinste gemeenschappelijk veelvoud.
Uitgewerkt met herkenbare symbolen.
Credits to: Laura Bral
​
​Download:
Stappenplan.
OPMERKING
Welke aanvullende taalsteun je nog kan bieden, hangt af van met welk onderdeel je dit leerplandoel koppelt.